Het leven houdt niet op na een herseninfarct. Als iemand dat weet, dan is het de boomlange dierenarts Peter Bracht wel. Zijn levenslust overwint alles. Dit is deel 9 waarin zijn drie kinderen aan bod komen.
Geschreven door: Peter Bracht op 10 november 2020, fotografie: Toon Bracht
Het waren moeilijke tijden, maar we groeiden steeds meer naar elkaar toe, ook omdat het in ons gezin duidelijker werd wat het nieuwe normaal inhield.
En dan nu: aandacht voor de kinderen. Ik woon samen met drie mensen, die mij papa noemen. Toen de hersenknetter zijn intrede deed in ons leven, waren ze 5, 13 en 14 jaar oud. Zij waren gewend dat papa altijd aan het werk was in de praktijk en in het kattenpension. Als zoon Toon aan het basketballen was, was ik er altijd bij als trainer-coach en natuurlijk moest er ook een gek vlaggen bij de voetbalwedstrijden van dochter Robin. Tussen de patiënten door was er altijd wel tijd om ze naar school te brengen of ze op te halen. Dat ging dan met mijn grote oude Gazelle herenfiets, kind achterop en 1 op het stuur of de stang. Als ik op mijn skateboard naar Leidsenhage ging, dan mocht de jongste altijd op mijn schouders zitten ( maar wel als papa was afgestapt van zijn skateboard).
Ballen in de lucht
Tijdens vakanties gingen we lekker ravotten in het zwembad en samen van de glijbanen glijden. En als wij ergens naartoe gingen met onze grote foute herrie Amerikaan, dan zat pa pontificaal achter het stuur. Maar opeens was ik weg na de hersenknetter en zagen mijn kinderen me liggen in het ziekenhuis, zagen ze me zitten in een rolstoel. Zagen ze een zombie die heel langzaam bijtrok. Iemand die vaak verdrietig was en raar sprak en leeg uit zijn ogen keek. Die ook heftig kon reageren, zoals die keer toen ik tijdens de jaarlijkse buurtbarbecue teveel biertjes gedronken had met de buurmannen. En mama, die stond er nu alleen voor. Jeetje, wat moest zij opeens veel ballen in de lucht houden en dat terwijl ze erg verdrietig was en mij zo miste.
Vol overgave
Na een half jaar was ik weer thuis. Ik was aardig hersteld maar toch ook wel veranderd, gehandicapt sowieso en verdrietig en soms boos, vooral ook minder scherp en met mijzelf bezig. Mijn jonge drietal had weinig aan papa, dat was een feit. Inmiddels zijn wij drie jaar verder en het gaat steeds beter en beter. Papa kan aardig goed lopen en fietsen op een fiets met drie wielen. En belangrijker: ik word weer scherper. Het ging even wat moeilijk tussen papa en mama en daar kwamen wij goed uit en dat is voor iedereen fijn.
Mag ik mijn kids nu even persoonlijk toespreken?
Robin (van mei 2003), je kunt af en toe aardig boos zijn op je nieuwe papa, een hele verandering in onze relatie, maar ook wij gaan onze draai weer vinden. Ik ben erg trots op de persoon die je geworden bent en op het feit dat jij intussen je havo-diploma gehaald hebt. Toon (van juli 2004), in het begin maakte jij je erg veel zorgen en was je zelfs bang dat ik dood zou gaan. Gelukkig was je na het raadplegen van informatie op internet snel gerustgesteld en blijf je tot de dag van vandaag erg zorgzaam en lief. Je bent ook een bijzondere leuke gast geworden, mijn beste vriend. En dat jij net als je grote, mooie zus ook je middelbare school met succes afgerond hebt, is erg knap. En dat je vol overgave een opleiding tot treinmachinist gaat doen, vind ik erg gaaf.
Onwijs zijn best
Anne (mei 2012). Als de jongste had jij de meeste tijd nodig om te wennen aan papa 2.0. Toen ik net thuis was uit het revalidatiecentrum kwam je een keer voorbij lopen terwijl ik in mijn speciale sta-op stoel zat en zei je: ‘Ik hou niet meer van papa, papa mag hier niet meer wonen, hij is zo ingewikkeld geworden’. ‘ Zo, die kwam binnen en deed pijn. Je was duidelijk van streek en in de war. Gedurende de eerste anderhalf jaar was je vaak boos en onhandelbaar en leek jij mij in mijn rol als vader niet te accepteren en niet serieus te nemen ‘ Jij kunt toch niet weten wat goed is voor mij?’ zei je. ‘Want jouw hersenen zijn kapot en je kan dus niet nadenken.’ Het waren moeilijke tijden, maar we groeiden steeds meer naar elkaar toe, ook omdat het in ons gezin duidelijker werd wat het nieuwe normaal inhield. Het is al meer dan eens voorgekomen dat je je arm om mij heen sloeg en mij liet weten van mij te houden, ja, ook wij komen er wel.
Lieve Robin, Toon en Anne: papa is niet meer de oude en de oude wordt hij ook niet meer, maar hij doet onwijs zijn best en houdt steeds meer van jullie. En vergeet ook niet dat jullie een supermama hebben, de rots in de branding en de lijm van dit gezin. Had ik al gezegd dat ik belachelijk veel van jullie houd? Oh, echt?
Lees ook: Peter | Hersenknetter deel 8: een geweldige uitkomst.