Belinda | Ik ben een gelukkig mens

Belinda | Ik ben een gelukkig mens

Elke maand schrijft Belinda voor Hersenletsel.nl over haar leven met NAH. Deze keer vertelt ze over een verjaardag waar ze zich best eenzaam voelde. Ook neemt ze ons mee in haar positieve gedachten over wat ze allemaal al kan.

Gisteren had ik een verjaardag die gevierd werd in een bedrijfspand. Terwijl mijn man en ik naar de deur liepen, hoorden we het enorme lawaai ons tegemoetkomen. Mijn man zei nog: “Ah, gelukkig is het een prikkelarm feest!” Pfff.

Eenmaal binnen zijn er geen stoelen meer vrij, dus mijn man en ik blijven aan de bar staan (lees: hangen). Gelukkig kan dat weer. Maar heel lang kan ik dat niet volhouden natuurlijk. Na een tijdje moeten we buiten een hapje eten halen en ik merk alweer dat ik niet meer recht kan lopen. Hierdoor lijkt het alsof ik een paar wodka achter m’n kiezen heb in plaats van het colaatje zero dat ik daadwerkelijk heb gedronken. Eenmaal weer terug binnen is er toch een zitplek voor mij. Dat is fijn, want stilstaan is al geen optie meer en ik merk dat mijn lichaam flink gaat tegenspartelen door halfzijdig te gaan tintelen. 

Manlief heeft nog een andere afspraak en gaat al snel weg. Ik blijf op het feest. In eerste instantie gaat dat eigenlijk ook nog best, zolang ik maar blijf zitten. Ik praat nog wat met enkele mensen, maar al snel kan ik niet meer verstaan wat ze zeggen en het blijft ook allemaal niet meer echt “plakken”. “Gelukkig” wordt de muziek nog wat harder gezet… Dan gaat m’n rechterarm ook nog trillen. Dat is een tremor die ik heb overgehouden aan het tweede infarct en dat gebeurt tegenwoordig alleen nog bij stress, pijn, en forse overprikkeling. In dit geval is de oorzaak de overprikkeling en ik weet dat dit snel verdwijnt als ik eenmaal uit deze situatie ben. Ik maak me daar dus niet zo’n zorgen over. 

Praten met iemand anders in deze drukte en herrie lukt me niet, dus ik kijk een beetje om me heen en denk aan wat ik eerder die week tegen mijn zoon had gezegd. Dat je je erg eenzaam kan voelen in een grote groep mensen, omdat je niet mee kan doen met hen. Dat heeft echt niet alleen met NAH te maken. Van die eenzaamheid hebben heel veel mensen last, maar het is geen fijn gevoel. Uiteindelijk besluit ik om te gaan. Ik ben op de fiets. Het is maar een klein eindje fietsen en ik heb een driewieler, dus er is geen risico tot omvallen, wat lopend zeker was gebeurd.

Het wegvallen van de herrie zorgt voor een omkeer. M’n arm stopt met trillen en ik haal diep adem, waarmee ik probeer de opgebouwde spanning los te laten. Ik stap op de fiets en bedenk hoe ik tegen deze fiets op had gezien, maar hoe fijn ik het vind om met de hoogste trapondersteuning (kracht heb ik niet echt meer) even met mijn hoofd in de frisse lucht te bewegen. Het helpt, het ontspant wat. Eenmaal thuis kruip ik in een pyjamabroek en een warme wijde trui. Zachte stoffen, want ik verdraag rechts eigenlijk geen kleding meer. En met een hete kop kamillethee nestel ik me op de bank. Het is 20.00 uur en ik ben op.

Niet dat ik kan slapen hoor. Dat lukte pas rond een uurtje of drie ’s nachts, maar ik had het toch maar mooi gedaan en was niet als eerste afgehaakt. Vanmorgen rustig opgestaan en met de hond een wandelingetje gemaakt. Het was droog en lekker fris. Ik weet dat het herstel nog wel even gaat duren, want mijn rechterkant is nog verdoofd. Maar in plaats van dat ik me rot voel, merk ik een gevoel van berusting. Het is goed zo. Ik ben naar het feestje geweest, ik kan nu wandelen met de hond en genieten van de mooie herfstkleuren in het park. Ik kom wat mensen tegen en daar waar mensen elkaar vaak voorbij stormen, groeten veel mensen elkaar en mij deze morgen. Is dat altijd zo of valt dat alleen vandaag op? Ik loop nog wat verder en kom wat hondenbezitters tegen die ik ken en Molly voor mij hebben uitgelaten in de tijd na de operatie. Ze zien me en roepen: “Wat loop je goed!” “Ja, hé!” roep ik terug. Sinds twee weken heb ik geen hulpmiddelen meer nodig. Ik ben nog niet helemaal pijnvrij, maar ik ben een gelukkig mens!

Terug naar ons appartement zie ik een buurman staan op zijn balkon en ook hij roept: “Hé, je loopt weer! Je bent weer goed mobiel.” En weer roep ik: “Ja tof hé, ik ben een gelukkig mens!”

Het zet me aan het denken. Eenmaal binnen achter een lekkere bak latte macchiato bedenk ik iets. Het leven is echt niet altijd leuk. Het is vaak hard werken en vechten, maar het is goed om ook te genieten op de momenten waarop dat kan. Dat mag. Vandaag is blijkbaar een dag waarop het mag van mezelf. Ondanks de belachelijke vermoeidheid en de overprikkeling waarvan ik vandaag zeg: ach, ze horen gewoon bij mij. Of ik dat de komende dagen ook vind, weet ik niet. Ik weet ook dat de grootste klap nog moet komen, maar voor nu ben ik een gelukkig mens.

Liefs,
Belinda

Lees ook: Belinda | Sociaal netwerk.